BACK

Mistlampen, hoe zit het ook alweer?

01/16/2020

Het mag voor een ieder duidelijk zijn dat mistlampen worden gebruikt om de zichtbaarheid in het verkeer te verbeteren. Toch blijken veel weggebruikers mistlampen niet of niet juist te gebruiken op het moment dat het nodig is. We pakken de regels er nog maar eens bij. Verkeerd gebruik van mistlampen hindert andere weggebruikers en levert bovendien een boete op van maar liefst 140 Euro in Nederland. In België is de boete 110 Euro bij onmiddellijke inning en 120 Euro bij minnelijke schikking.

Mistlicht

Tijdens dichte mist is groot licht onbruikbaar en dimlicht meestal ook, omdat de mist het licht terugkaatst en de bestuurder zelf verblind raakt. Mistlicht produceert aan de voorzijde van de auto een brede, niet verblindende lichtbundel die laag schijnt, zodat deze onder de mistbank door de weg zo breed mogelijk verlicht.

 

Mistverlichting aan de voorkant bestaat uit twee lampen die wit of geel licht uitstralen. Naast een betere zichtbaarheid voor andere voertuigen, verbeteren de lampen ook het zicht van de bestuurder zelf. Mistlampen voor zijn niet verplicht, maar zeker wel nuttig. Het gebruik van mistlichten is toegestaan als door mist, sneeuw of regenval het zicht ernstig belemmerd is (in Nederland: minder dan 200 meter zicht). Mistlampen mogen de dimlichten of de grootlichten vervangen, of gelijktijdig met deze lichten branden.

 

Mistachterlicht

Aan de achterzijde is wettelijk minimum één mistlicht verplicht, maar is het toegestaan om er twee te monteren. Mistachterlichten stralen een helder rood licht uit. Mistachterlicht is alleen toegestaan als door dichte mist of zware sneeuwval het zicht minder is dan 50 meter. Mistachterlicht mag niet gebruikt worden bij regen – ook niet bij hevige regenbuien – omdat reflectie dan zorgt dat het felle rode licht zodanig versterkt dat achterliggend verkeer verblind wordt. Ook bij mist of zware sneeuwval in een stilstaande of zeer langzaam rijdende file dient mistachterlicht uitgeschakeld te zijn, vanwege verblinding van achteropkomend verkeer.

 

In België moeten mistachterlichten gebruikt worden bij mist of sneeuwval die de zichtbaarheid verminderen tot minder dan 100 meter en – in tegenstelling tot in Nederland – ook bij felle regen.

 

Automatische verlichting

In auto’s die uitgerust zijn met automatische verlichting moet bij mist de mistverlichting handmatig aangezet worden. Bij automatische verlichting gaan de lampen bij invallende duisternis vanzelf aan. Maar mist wordt niet altijd door de lichtsensoren herkend. Het is daarom beter om bij regen en mist handmatig voor dimlicht te kiezen en indien nodig de mistlampen in te schakelen.

 

Montage van mistlampen

Bij het inbouwen van mistlampen is het belangrijk om de instructies te kennen, conform ECE R19 voorschrift. Uit onze brochure Wettelijke voorschriften haalden wij voor u de belangrijkste informatie met betrekking tot montage, zoals inbouwhoogte en -breedte:

 

Tot slot

Als hulpmiddel kun je op de snelweg kijken naar de hectometerpaaltjes, die elke 100 meter langs de kant van de weg staan. Als je het volgende paaltje kunt zien, is de mist niet dicht genoeg.

En als laatste ons advies in (ernstige) mist, sneeuw of regen: pas je snelheid aan en houd voldoende afstand!